De kalimba wordt met beide handen bespeeld, waarbij de vingernagels worden gebruikt om klanken te produceren en de vingertoppen om de klank te dempen. Het tweehandig bespelen van de kalimba bevordert de coördinatie tussen beide handen en draagt bij aan de ontwikkeling van de handvaardigheid.
Bij het spelen van de kalimba worden zowel de kracht als de behendigheid van de vingers getraind. Het vereist controle en precisie om met de juiste kracht op de metalen toetsen te drukken en de gewenste klanken te produceren. Deze fijne motoriek is belangrijk voor vele dagelijkse handelingen en vormt een goede oefening voor kinderen om hun vingerkracht en -coördinatie te verbeteren.
Daarnaast draagt het bespelen van de kalimba bij aan het ontwikkelen van ritmegevoel, wat een belangrijk aspect is van muzikale vorming. Het spelen op de maat en het voelen van ritmes helpen kinderen bij het leren structureren van tijd en volgorde, wat essentieel is voor zowel muziek als andere vaardigheden. Een goed ontwikkeld ritmegevoel kan ook bijdragen aan de voorbereiding op schrijven en lezen, omdat beide vaardigheden een zekere mate van timing en sequentiële verwerking vereisen. Hierdoor wordt de kalimba niet alleen een instrument om muziek mee te maken, maar ook een waardevol hulpmiddel voor de algehele motorische en cognitieve ontwikkeling van kinderen.